Nog een keer: de energietransitie

Door de oorlog in Oekraïne raakt onze energietransitie in een stroomversnelling. Dat zorgt voor nog meer vraag naar metalen voor zonnepanelen, accu’s en windmolens. Ook groeit de vraag naar kolen uit Colombia. Die zijn hier extra hard nodig om van het Russische gas af te komen. EU-voorzitter Ursula von der Leyen belde persoonlijk met president Iván Duque van Colombia om de aanvoer van kolen naar de Rotterdamse haven veilig te stellen. Aan onze plannen om van rusland onafhankelijk te worden, zit ook een lelijke, onzichtbare kant: mijnwerkers in Latijns-Amerika betalen hiervoor de prijs.

Het businessmodel van multinationals die de mijnen daar exploiteren drijft op het drukken van arbeidskosten via onderaannemers. Maar liefst 70% van de mijnwerknemers in Peru en Colombia werkt via inferieure flexibele arbeidscontracten. Het is enigszins vergelijkbaar met de Nederlandse vleesindustrie waar veel flexwerkers, vaak arbeidsmigranten, werken. Ook hier is een situatie van rechteloosheid ontstaan. Net als in de Nederlandse vleesindustrie, kent de mijnbouw een wildgroei aan uitzendbureaus.

Via deze uitzendbureaus werken mijnwerkers vaak jaren achtereen bij dezelfde mijn. Elke paar maanden worden zij opnieuw ingehuurd op tijdelijke contracten. Ze krijgen minder betaald dan vaste krachten, en hun veiligheidsvoorzieningen zijn slechter geregeld, waardoor ze een groter risico lopen op (dodelijke) ongelukken. Die kortlopende contracten maken het voor werknemers moeilijk om hun mond open te doen bij misstanden.

CNV Internationaal diende daarom vorige week als eerste maatschappelijke organisatie een aanklacht in bij de Europese Commissie (EC) namens drie vakbonden in Colombia en Peru. Er is namelijk sinds 2012 een vrijhandelsovereenkomst tussen Colombia, Peru en de Europese Unie, waarin óók afspraken zijn gemaakt over betere arbeidsrechten. In de praktijk geven overheden hier weinig opvolging aan en is EU-monitoring van deze afspraken zwak. De afspraken moeten garanderen dat bij de handel in kolen en metalen tussen Peru en Colombia en de EU-lidstaten, rechten van werknemers worden beschermd. De praktijk laat zien dat goede wetgeving voor werknemers in de mijnbouw ontbreekt. Wie via een uitzendbureau werkt en lid wordt van een vakbond, riskeert daarmee ontslag.

Om het mogelijk te maken klachten in te dienen bij het niet nakomen van duurzaamheidsafspraken in handelsakkoorden, startte de EC twee jaar geleden een klachtenmechanisme: het Single Entry Point. Tot voor kort gebruikten alleen bedrijven deze weg om een beroep te doen op compensatie van geleden schade door overheden. Niet eerder diende een ngo of vakbond een klacht in. Onze aanklacht is dus een test: werkt dit klachtenmechanisme?

Landen zoals Colombia en Peru zijn cruciaal voor de Europese energiezekerheid en energietransitie. Maar onze energietransitie mag niet gaan over de rug van de mijnwerkers. We kunnen straks alleen spreken van een succesvolle energietransitie als we afspraken naleven en de mijnwerkers, die de transitie mogelijk maken, eerlijk en duurzaam werk hebben. Daarom moet de EC de landen op de afspraken aanspreken, zodat de arbeidsrechten in het handelsakkoord geen loze belofte blijken. Nederland moet de EC hierop blijven wijzen.

Dit artikel is verschenen als een opinie bijdrage in het Financieel Dagblad: https://fd.nl/opinie/1440361/mijnwerkers-in-latijns-amerika-betalen-de-prijs-voor-europese-energietransitie-a2e2caZC4U2m